Hilversum 100  - 100% duurzaam in 2050
Het netwerk van duurzame doeners

Geen eigen oprijlaan? Laad je auto via een kabelgoot

24 juni 2024

Volgens onderzoek van de ANWB* rijdt elf procent van de Nederlanders met zonnepanelen in een elektrische auto. Het ligt voor de hand dat je dan gratis laadt met eigen zonnestroom. Maar dat is helaas is niet voor iedereen weggelegd. Om de oplaadkabel in je auto te kunnen steken, moet je beschikken over een eigen parkeerplaats. Dat betekent in de regel een eigen oprijlaan en een oplaadkastje of -paal in de tuin of aan de gevel van je huis.

Veel stadsbewoners moeten bij dat gemis hun heil moeten zoeken bij een publieke paal, of ze nu zelf stroom opwekken of niet. Het is alsof je geen water kunt drinken uit eigen kraan, maar gedwongen bent mineraalwater te kopen bij de winkel op de hoek. Zonde van het water, zonde van je portemonnee. Toch gloort er hoop aan de horizon voor mensen die hun auto niet in eigen tuin kunnen parkeren: de prozaïsch genoemde kabelgoot.

Toma Smit en de Nissan bestelbus van haar bloemenservice: “Mijn bloemen worden lokaal geweekt zonder bestrijdingsmiddelen en lokaal elektrisch bezorgd met zonnestroom; drie keer duurzaam dus!”

Een elegante oplossing

Voor bloemiste Toma Smit (50) in Hilversum is de zon gaan schijnen. Ze woont in een straat met rijtjeshuizen en kan in haar tuin hooguit een elektrische bakfiets kwijt. Die gebruikte ze tot voor kort voor het rondbrengen van boeketten op abonnement, met vaas en al. Maar haar bedrijf groeit groter. Sinds begin 2024 heeft ze een tweedehands elektrische Nissan bestelbus én heeft ze een kabelgoot over het trottoir voor het huis gekregen. In die goot past haar oplaadsnoer. Dat is een veel elegantere oplossing dan een matje over een oplaadkabel die over het trottoir loopt of een bovenmaatse zwenk-arm die de kabel over de hoofden van de voetganger tilt. Het komt er nu alleen nog op aan dat Toma haar wagen voor de deur kan parkeren. En dat de zon blijft schijnen.

“Maar dat gaat goed”, zegt Toma. “De meeste buren kennen mij en houden vaak een plekje voor me vrij. Ik kan er geen recht op doen gelden, want het blijft openbare weg. Maar als er in de straat niet te veel auto’s komen van anderen, bijvoorbeeld zoals laatst toen er huizen werden gerenoveerd, dan gaat het goed”. Toma’s duurzame mes snijdt aan vele kanten. Haar bedrijf gebruikt alleen bloemen die in Hilversum en omgeving worden gekweekt, zonder chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest en die bloemen worden dus ook duurzaam vervoerd. Zelfs de uitgebloeide boeketten belanden weer als een soort mest (mulch) op het bloembed. Achter op haar bestelbus staat: 100% elektrisch én op zonne-energie.

Zonnepanelen cadeau

Een complicerende factor was wel dat Toma woont in een huis van een woningbouwvereniging. Die moest speciaal toestemming geven voor het aanleggen van de infrastructuur, oftewel het installeren van een laadpaal in haar voortuin en het bekabelen vanuit de meterkast. “Maar het was ook de woningbouwvereniging die mij op het goede spoor heeft gezet,” verklaart Toma. “Vlak nadat ik hier drie jaar geleden kwam wonen heeft die namelijk het huis gerenoveerd, ook het dak. Toen hebben ze mij en anderen zes zonnepanelen cadeau gedaan. Dan komt van het een het ander, zoals je ziet”.

Toma’s laadpaal is van Smappee. Die werd aanbevolen door haar duurzame energiemaatschappij om | nieuwe energie. “Het is een slimmerik, want ik kan instellen dat hij prioriteit geeft aan opladen met zonnestroom en dat hij rekening houdt met andere elektrische apparaten. Pas als er onvoldoende zonnestroom is, kiest hij voor het stroomnet.” Omdat Toma lokaal werkt, heeft ze niet veel lading nodig. De al wat oudere Nissan beschikt over een accu van 40 kWh voor een actieradius van 200 km. “Dat is niet zoveel, maar ik heb expres een tweedehands wagen gekocht omdat dat op zich ook weer duurzaam is”, licht Toma toe.

Paal en auto werken niet samen

“Wat wel jammer is, is dat ik niet dat kan instellen dat de accu tot 80% wordt gevuld, want dat is beter voor de levensduur. Zowel de software van Smappee en van de auto zijn daar niet toe in staat. Of ze kunnen niet samenwerken. Ik kan wel een instelling maken op basis van een gewenst aantal kilometers of een tijdsduur”. Hoe alles precies werkt, moet Toma nog uitvogelen, zegt ze, ook wat het rendement is. Wat ze de gemeente Hilversum heeft betaald voor de kabelgoot, is wel bekend: € 360. Dat is het tarief voor ondernemers voor een goot tot 1,20 meter. Particulieren betalen de helft. Moet de goot langer worden, tot 2,40 meter, dan betaal je als particulier € 275 en als ondernemer € 550.

Voor dat puzzelen kan Toma een beroep doen op haar kabelgootgenoten (via een appgroep) en de expertise die is verenigd in Hilversum100. Dat is een netwerk van ‘aanjagers’ van duurzame initiatieven in deze stad. Daar werken op vrijwillige basis pakweg tien ‘verbinders’ op terreinen als energietransitie, natuur in en om de stad, toekomstbestendig ondernemen, groene mobiliteit, circulaire economie en duurzaam voedsel. Die verbinders werken veelal op het terrein waarop ze bij de club actief zijn. Het netwerk telt vele tientallen leden.

Dat mag niet

Hilversum100 was essentieel bij het mogelijk maken van kabelgoten in de gemeente, zegt verbinder Groene mobiliteit Mischa Pohlmann. “Daar zijn we wel anderhalf jaar mee bezig geweest. Op aangeven van de organisatie en de gemeenteraad heeft de wethouder de handschoen opgepakt. Tal van zaken moesten worden geregeld, zoals de APV (Algemene Plaatselijke Verordening), afspraken met bewoners, een aannemer, de selectie van producten. Zoiets duurt natuurlijk even. Uiteindelijk heeft wethouder Arno Scheepers van Openbare Ruimte in februari 2024 de eerste steen gelegd voor een goot aan de Neuweg.”

“Ik begrijp nu dat een gemeente niet alles kan of wil, dus daarom kan een zetje vanuit de gemeenschap goed werken”, licht Pohlmann toe. “Zo was een belangrijke vraag hoe je met je buren omgaat in zo’n geval. Ook al blijft de gemeente eigenaar van de kabelgoot en uiteraard het trottoir, we moesten voorkomen dat de aanvrager in de ogen van buren een speciale positie verkreeg. Daarom is iemand die zo’n goot aanvraagt verplicht om éérst in gesprek te gaan met de buren. Voordien gebeurt er niks. Maar dat gaat in de meeste gevallen goed. Dat social effect was niet voorzien, maar het is leuk om te horen hoe dat wordt ervaren”.

Eerst praten met de buren

Tijdens een gesprek met de buren kun je ook afspreken om de goot samen te gebruiken. “Dat mag en hij is diep genoeg voor twee kabels. Hoe ze de energiekosten verrekenen is wel aan hen. Daar bemoeien wij ons niet mee. Wat echter niet mag, is de voorziening commercieel exploiteren. Dan zouden we gedoe kunnen krijgen met de exploitant van de openbare laadpalen, want die hebben natuurlijk hun verdienmodel. Gemeenten en provincies hebben meestal een contract met ze. Maar aan de andere kant: we zullen wel deze kant op moeten, want er zijn gewoon niet genoeg commerciële laadpalen op straat om zowel alle elektrische auto’s op te laden als het dichtslibben van het stroomnet te voorkomen dan wel te verhelpen. Kabelgoten zijn daar een belangrijk hulpmiddel voor”, aldus Mischa Pohlmann.

Hilversum: voortrekker en voorbeeld

Medio 2024 zijn er in Hilversum zo’n honderd kabelgoten geïnstalleerd, terwijl er volgens Pohlmann wel tweehonderd zijn aangevraagd. Bij 150 gaat Hilversum100 evalueren met de gemeente, zegt hij. Maar in de tussentijd staan vele andere gemeenten te trappelen om te leren van de Hilversumse praktijk. Daar bestaat nu een provisorisch informatiepakket voor. “Maar binnenkort, als we de hausse op orde hebben, stellen we ons helemaal open en gaan we alles delen, ook in de vorm van presentaties hier of in het land”.

Een paar straten verderop van bloemiste Toma was de keus voor Wilbert van Dorresteijn (60) en zijn zonnepanelen appeltje eitje. “Ik zat te denken aan het doortrekken van een kabel aan de achterkant, want daar kan ik gebruikmaken van iemands garage. Maar dan had de hele tuin overhoop gemoeten, terwijl die drie jaar geleden een make-over heeft gehad. Dus toen de goot werd aangeboden heb ik snel geschakeld. Die ligt nu zo, dat ik er via twee parkeerplaatsen bij kan om mijn Opel Ampera (64 kWh, 500 km reële actieradius) op te laden.”

Anderen aan het denken zetten

Het vrijhouden van een parkeerplaats heeft bij Wilbert wel iets meer voeten in de aarde dan bij Toma. Om de hoek ligt een flat en de bewoners parkeren wegens drukte ook wel in zijn straat. “Maar met vriendelijke briefjes onder de ruitenwisser heb ik nu veel bewoners leren kennen en heb ik een soort database opgebouwd van kentekens, namen en telefoonnummers”, verklaart Wilbert. Zijn kabelgoot heeft ook weer anderen aan het denken gezet. “Een overbuurman krijgt waarschijnlijk binnenkort ook een elektrische auto. Hij heeft mij om advies gevraagd en of we de kabelgoot eventueel samen kunnen gebruiken.”

Als dat gaat gebeuren, zal het over het afrekenen met de buurman nog even moeten worden gepuzzeld, net zoals dat Toma nog nauwelijks inzicht heeft in welke stroom van haar panelen de auto in gaat en welke van haar energieleverancier. “Het enige harde feit is dat ik dit kalenderjaar pas één keer bij een openbare laadpaal ben geweest en dat is al geweldig”, weet Wilbert.

* ANWB Elektrisch Rijden Monitor 2023

Meer informatie

Dit verhaal is een voorbode van het boek dat Peter de Ruiter schrijft over het efficiënt gebruik van zonnestroom uit zonnepanelen en dat begin 2025 verschijnt. Voor meer informatie, reacties en suggesties mail naar mail@peterderuiter.nl of bel 06-26046210.

Gemeenten met kabelgoten

Hilversum is niet de eerste gemeente die kabelgoten is gaan leggen voor het opladen van elektrische auto’s, maar het is wel een voortrekker en een voorbeeld. Ook Hoeksche Waard, Zeist, Dongen, Soest, Zevenaar, Westland, Heemstede, Terneuzen en Loon op Zand zijn van de partij, evenals veel andere gemeenten.

Prijzen voor aanleg (verplicht door de gemeente) variëren, maar de procedures lopen niet veel uiteen. Wil je weten of jouw gemeente dit mogelijk maakt, zoek dan op ‘kabelgoot’ en de naam van de gemeente. Voor zover bekend bestaat er geen volledig overzicht.

Tekst: Peter de Ruiter   |   Beeld: Peter de Ruiter

website: sbddesign.nl